Monumentenwet 1988

Uit Agriwiki
(Doorverwezen vanaf Monumentenwet)

Let op: deze wet is op 1 juli 2016 ingetrokken. De bepalingen zijn grotendeels overgenomen in de Erfgoedwet en de Omgevingswet.

De Monumentenwet 1988 was de opvolger van de eerste Monumentenwet uit 1961 en vormde tot 2016 het wettelijke kader voor de bescherming van gebouwde en archeologische monumenten in Nederland. De wet regelde de aanwijzing, bescherming en vergunningverlening voor monumenten en beschermde stads- en dorpsgezichten.

Op 1 juli 2016 werd de Monumentenwet 1988 grotendeels vervangen door de Erfgoedwet. Die wet regelt sindsdien de omgang met onroerend en roerend erfgoed op nationaal niveau, zoals rijksmonumenten, collecties en archeologie. De onderdelen van de Monumentenwet 1988 die betrekking hadden op de fysieke leefomgeving – zoals vergunningverlening en ruimtelijke besluitvorming – zijn op 1 januari 2024 overgegaan naar de Omgevingswet.

Inhoudelijke onderdelen

Beschermde monumenten

In de Monumentenwet 1988 was geregeld hoe gebouwde of archeologische monumenten aangewezen konden worden als wettelijk beschermd monument. Daarnaast gaf de Monumentenwet 1988 voorschriften met betrekking tot het “wijzigen, verstoren, afbreken of verplaatsen” van een beschermd monument. Die voorschriften hielden in dat er niets aan het monument mocht worden veranderd zonder voorafgaande vergunning. Deze vergunning moest vooraf worden aangevraagd. De gemeenten waren bevoegd om hierop te beslissen. Het was niet toegestaan om zonder vergunning werkzaamheden uit te voeren. Vanaf 2012 zijn een aantal vast omschreven onderhoudswerkzaamheden vergunningsvrij geworden. Voor nadere informatie: [1] Voor wat betreft de gebouwde monumenten hadden gemeenten in de Monumentenwet 1988 meer verantwoordelijkheid gekregen voor monumentenzorg. Ook kregen zij de taak om eigenaren en beheerders van monumenten te informeren en te begeleiden bij de bescherming van hun monument(en).

Archeologie

Met de inwerkingtreding van de Wet op de archeologische monumentenzorg (Wamz) is de Monumentenwet 1988 in 2007 ingrijpend gewijzigd. Dit was noodzakelijk om de afspraken uit Europese 'Verdrag van Malta' (of 'Verdrag van Valletta') te implementeren. Belangrijke punten waren de nadruk op 'behoud in situ' (zoveel mogelijk archeologische resten in de bodem laten zitten), de introductie van het 'veroorzakers-principe' (de ontwikkelaar betaalt voor de kosten van het noodzakelijke archeologische onderzoek) en de mogelijkheid van opgravingsvergunningen voor commercieel werkende instellingen. Het een en ander werd uitgewerkt in het Besluit archeologische monumentenzorg (Bamz).

Vergunningsverleners

De Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed geeft opgravingsvergunningen en archeologische monumentenvergunningen af. De omgevingsvergunning voor gebouwde monumenten worden doorgaans afgegeven door de gemeenten.

Toezicht

Het toezicht op de naleving van de Monumentenwet wordt op nationaal niveau uitgevoerd door de Erfgoedinspectie.

Bron

Verder lezen