Oker pigmenten
Een belangrijke groep historische pigmenten zijn de oker pigmenten. Elke verf bestaat voor een groot deel uit twee belangrijke bestanddelen; het pigment en het bindmiddel. Een pigment is een poedervormige stof die kleur geeft aan de verf. Het bindmiddel zorgt ervoor dat de pigmentdeeltjes aan elkaar en aan de ondergrond hechten.
Historisch kleurgebruik
Bij een goede restauratie is een op de historie gebaseerde kleurkeuze belangrijk. Om de ontwikkeling van het historisch kleurgebruik te begrijpen, is enige kennis over de belangrijkste historische pigmenten nodig.
Okers worden al sinds de prehistorie gemaakt uit ijzerhoudend gesteente dat men laat verweren. Dit gesteente wordt op veel plaatsen gevonden en komt in verschillende warme kleuren voor. Goude oker, gele oker en rode oker zijn bekende kleuren. Rode oker kan ook gemaakt worden door gele oker te branden. Rode oker werd vroeger ook wel gebruikt als grondverf. Okers zijn heel eenvoudige en betrouwbare pigmenten. De pigmentdeeltjes zijn echter vrij grof. Daarom worden okers niet gebruikt in moderne verven.
Verkleuren
Kleuren veranderen onder invloed van licht, warmte, vocht en bepaalde bestanddelen in de lucht. Bij boerderijrestauraties is een duur kleuronderzoek door een deskundige vaak een uitzondering en zodoende zal vaak genoegen genomen moeten worden met een doe-het-zelf kleuronderzoek. Daarom is het goed enige kennis te hebben over het verkleuren van verf. Licht, hitte, vocht, zuurstof, zuren, zwavelwaterstof, hydroxiden, en het bindmiddel in de verf zijn vijanden van de kleurvastheid van kleuren. Okers kunnen onder sommige omstandigheden verkleuren. Okers zijn bijvoorbeeld niet bestand tegen hitte. Wanneer er brand heeft gewoed in een pand, wordt kleuronderzoek daarom erg lastig. Gele oker verkleurt door hitte naar rood of bruin.
Overzicht van de belangrijkste gebruikte oker pigmenten en kleuren van 1600-1950
Gele oker werd van de 17de tot en met de 19de eeuw gebruikt. Rode en bruine oker kwamen voor tussen de 17de eeuw en de eerste helft van de 20ste eeuw. Veel gebruikte pigmenten zijn met een volle kleur weergegeven. Minder vaak gebruikte pigmenten zijn gestreept weergegeven in de tabel. Voor een compleet overzicht zie pigmenten.
Kleurnummers
Met een bepaald pigment kan men een bepaalde kleur maken. Hoe die kleur precies uitpakt is onder andere afhankelijk van het gebruikte bindmiddel, de mengverhouding, de ondergrond en de lichtinval. Daarnaast zijn historische pigmenten vaak natuurlijke stoffen en dus nooit constant van kwaliteit en kleur. Ook zorgen verwering en vervuiling voor het veranderen van de kleuren. De genoemde kleurnummers zijn daarom slechts een indicatie!
Verder kunnen foto’s en beeldschermen onderling sterk verschillen in de weergave van een kleur (dit is goed te zien in een tv-winkel). Ook zijn kleuren in een boek of een folder onbetrouwbaar. Alleen een echte verfwaaier geeft een betrouwbare weergave van een kleur.
Tot slot komen de namen die verffabrikanten aan bepaalde kleuren geven lang niet altijd overeen met de kleuren die verkregen worden als de genoemde pigmenten in olie worden aangemaakt.
De bovenstaande kanttekeningen in acht nemend volgen hieronder toch hier enkele kleurnummers ter indicatie, omdat dit de enige betrouwbare manier is om weer te geven hoe een kleur eruitziet.
Blanke oker (aangemaakt in lijnolie, standolie)
ACC code: EO.30.40 of EO.30.50
NCS code: S4040-Y30R
RAL code: -
Duitse bruine oker (aangemaakt in lijnolie)
ACC code: C6.14.16
NCS code: tussen S 6010-Y90R en S 8010-Y90R
RAL code: 8017
Gele oker (aangemaakt in lijnolie)
ACC code: E4.50.40 of E2.44.41 (maar iets donkerder)
NCS code: S4050-Y30R
RAL code: 8001
Rode oker (aangemaakt in lijnolie)
ACC code: C4.30.30
NCS code: -
RAL code: -
Verder lezen
- Het boek ''Kleur op boerderijen''
- 1.0 Historisch verantwoord kleurgebruik
- 2.0 Stel het nadenken over kleuren niet uit tot de schilder komt
- 3.0 Traditionele verf
- 4.0 Kalkverf en andere waterachtige verven
- 5.0 Teer, teerproducten en teervervangers
- 6.0 Kleurgebruik op boerderijen
- 7.0 De ontwikkeling van het kleurgebruik op het exterieur
- 8.0 Regionale verschillen in kleurgebruik in het Groene Hart
- 9.0 De ontwikkeling van het kleurgebruik in het interieur
- 10.0 Verkleuren van verf
- 11.0 De kleurkeuze
- 12.0 Kleur, monumenten en welstand
- 13.0 Kleurnummers
Bron
Deze tekst is gebaseerd op:
- Ineke de Visser, Kleur op boerderijen. In het groene hart van Holland (Hardinxveld-Giessendam 2006)
Deze publicatie is tot stand gekomen door eigen onderzoek en o.a. de volgende bronnen:
- M. de Keijzer en P. Keune, Pigmenten en bindmiddelen (Amsterdam, 2001)
- L. Simis, bewerkt door H. Janse, en J. Berghuis jr., Schilder- en Verfkunst (’s-Gravenhage, z.j.)
- H.J. Zantkuyl, Bouwen in Amsterdam (Amsterdam, 1973-1992 p. 94-108)