Gewone jukspanten

Overzicht van gewone jukspanten en varianten daarvan.

De gewone jukspanten of kortweg jukken bestaan steeds uit twee jukbenen, een jukbalk en meestal twee jukbalkschoren (korbeels) tussen de jukbenen en de jukbalk. In midden- en Zuid-Limburg komen schoren tegen de benen voor (jukbeenschoren), vaak ter vervanging van de korbeels. Soms staan er buitenjukbeenschoren tegen de van elkaar afgewende zijden van de jukbenen; deze staan op blokkeels, die de jukbenen met de muurplaten (of gebintstijlen, vlak onder de gebintplaten) verbinden. De jukbenen kunnen recht zijn of gebogen van vorm; in het laatste geval zij het meestal krommers, gezaagd uit krom gegroeide boomstammen. De jukbalk heeft meestal de vorm van een jukdekbalk; het juk noemen we dan een dekbalkjuk. Ook kopbalkjukken, ankerbalkjukken en vooral tussenbalkjukken komen echter voor. Bij dekbalkjukken kan men nog extra elementen aantreffen, namelijk een extra stel korbeels of een stijl midden onder de jukbalk (een juktussenstijl), al dan niet voorzien van jukbalkschoren (korbeels).

Verder lezen

• Het boek ''Historische houtconstructies in Nederland''
• 1.0 Gebinten
• 2.0 Kapspanten
  • 2.1 Jukspanten
    • Gewone jukspanten
    • Standjukspanten
    • Etagejukspanten
    • Jukspanten met kreupele stijlen of extra benen
  • 2.2 Nokspanten
  • 2.3 Philibertspanten of schenkelspanten
• 3.0 Kappen zonder spanten
• 4.0 Elementen
• 5.0 Houtverbindingen

Bron

• G. Berends, Historische houtconstructies in Nederland, Arnhem 1999