Scholtenboerderij

Uit Agriwiki

T-huisboerderij met een groot en voornaam dwarsgeplaatst voorhuis dat toebehoorde aan de scholtenboer. Scholtenboerderij zijn vooral in de Achterhoek te vinden.

Geschiedenis[bewerken | brontekst bewerken]

Scholtenboerderij Roerdinkhof in Winterswijk

Vanaf de middeleeuwen waren scholtenboeren 'horige' boeren. In de loop van de tijd werden zij pachter voor elders wonende grootgrondbezitters (edellieden of kloostergemeenschappen). In de praktijk gingen deze pachters zich meer en meer als eigenaar gedragen. Met de verdeling van de markegronden in de tweede helft van de 19e eeuw wist deze bevoorrechte groep grote stukken van de pachtgronden in eigendom te verwerven. Als nieuwe boerenelite lieten zij voor zichzelf riante boerderijen bouwen.

Hoewel de scholtenboeren vaak worden vergeleken met herenboeren in Groningen was de relatie tussen deze boeren en hun pachtwerkers of loonwerkers van een andere aard:

De Groningse herenboeren hadden loonwerkers in dienst. De scholtenboeren hadden een andere relatie met hun pachtboeren. Vaak kenden de families elkaar al verschillende generaties. Ze hadden elkaar nodig. Ook hier zie je al het typsiche Achterhoekse noaberschap.[1]

Achterhoek[bewerken | brontekst bewerken]

Scholtenboerderij met ringgracht in Winterswijk

Scholtenboerderijen zijn vooral in de gemeenten Aalten en Winterswijk bewaard gebleven.

Bronnen[bewerken | brontekst bewerken]

Kooij, Ben en Judith Toebast. Het grote boerderijen boek. W Books, 2013.