Architectuurhistorische waarde
De architectuurhistorische waarde beoordeelt de kwaliteit van het ontwerp van een gebouw. Een goed ontworpen gebouw is in één bouwstijl gebouwd. Deze stijl komt in alle onderdelen van het gebouw terug. De hoofdvorm, indeling, ornamentiek en materiaalkeuze vormen dus een harmonisch geheel. Architectuurhistorische waarde is een criterium dat gebruikt wordt bij een waardestelling van een gebouw/complex.
Bouwstijlen[bewerken | brontekst bewerken]
Architectuurgeschiedenis is onderverdeeld in bouwstijlen zoals Romaans, Gotisch, Classicistisch, Neorenaissance, Jugendstil enzovoort. De stijlen hebben allen eigen stijlkenmerken en bouwtechnieken. Sommigen bouwstijlen zijn ontstaan doordat nieuwe technieken het mogelijk maakten om nieuwe vormen te gebruiken. De typische spitsbogen van de Gotiek zijn ontstaan door het toepassen van steunberen met luchtbogen en kruisgewelven. Anderen bouwstijlen ontstonden uit een esthetisch idee. De Jugendstil bijvoorbeeld brak bewust met alle bouwstijlen die gebaseerd waren op de klassieke traditie.
Architectuur versus Architectuurhistorie[bewerken | brontekst bewerken]
Architectonische waarde en architectuurhistorische waarden zijn begrippen die moeilijk uit elkaar te houden zijn. Meestal overlappen deze waarden elkaar volledig maar soms ook niet. Wat het verschil is tussen deze waarden is het duidelijkst uit te leggen aan de hand van een voorbeeld.
Een voorbeeld[bewerken | brontekst bewerken]
Panden uit de wederopbouwperiode zijn architectuurhistorisch waardevol. Ze vertellen immers hoe er in die tijd over bouwkunst werd gedacht en wat het niveau van de bouwkunst en techniek was. Met wederopbouwpanden kan een deel van de grotere geschiedenis verteld worden. De materiaalschaarste van na de oorlog is bijvoorbeeld goed zichtbaar. De gebouwen uit deze periode worden echter door veel mensen vaak lelijk gevonden. Schoonheid is bij architectuurhistorie echter niet relevant. De herkenbaarheid van de ontwikkeling in de bouwkunst staat centraal.
Bij de architectonische waarde van een gebouw gaat het om de esthetische waarde van het gebouw en om de herkenbaarheid van een bouwstijl. Een gebouw hoeft ook niet oud te zijn om architectonisch waardevol te zijn.
Objectiviteit[bewerken | brontekst bewerken]
Om een pand te kunnen waarderen is objectiviteit essentieel. Of iets mooi is, is zo persoonlijk, dat dit niet gebruikt kan worden als criterium. De architectuurhistorische waarde van een pand is redelijk objectief vast te stellen. Vandaar dat deze als criterium gebruikt wordt bij de cultuurhistorische waardering van een gebouw.
Bron[bewerken | brontekst bewerken]
De tekst is gebaseerd op:
- Bureau Helsdingen