Hout drogen

Uit Agriwiki

Het 'werken' van hout

Het hout voor de kozijnen en de planken voor de vloeren, de deuren en de luiken moest al een tijdlang gedroogd zijn, alvorens het door de timmerman verwerkt kon worden. Hout moest namelijk eerst drogen om te voorkomen dat het gaat trekken of krimpen. Als vuistregel hanteert men wel een jaar voor elke centimeter die het hout dik is. Planken worden bijvoorbeeld smaller gedurende het droogproces. De timmerman moest er zeker van zijn dat ze voldoende gedroogd waren alvorens hij ze verwerkte. Voor gebintbalken was drogen niet nodig. Die konden direct uit de gekapte boom worden gemaakt. Dat ze misschien nog een beetje werkten was niet zo erg. Hout werkt toch vooral in de breedte en niet in de lengte en dus zou het gebint nauwelijks vervormen.

Wateren

Naaldhout wordt meestal gewaterd. Dat wordt gedaan omdat het daardoor ‘rustiger’ en duurzamer wordt. Door het wateren worden de voedingssappen uit het hout gespoeld, waardoor de kans dat het gaat rotten vermindert. Wateren gebeurt bij voorkeur in stromend water en duurt minimaal een jaar. Eikenhout wordt niet gewaterd. Dat heeft bij deze houtsoort geen effect. Drogen is dan alleen nodig om het van nature in het hout aanwezige vocht af te voeren. Typisch is dat gewaterd hout sneller droogt dan hout dat niet gewaterd is.

Drogen

De droogtijd van het hout na de kap is afhankelijk van het formaat en het weer, maar duurt al gauw een jaar. Een balk van tien bij tien duim kan na vijf jaar nog vochtig zijn. Hout kan worden gedroogd in de buitenlucht, ‘aan de wind’, maar dan raken de bovenste planken vaak beschadigd en vervuild. Bovendien is het niet goed om hout in de volle zon te drogen omdat dan droogtescheurtjes kunnen ontstaan. Binnen drogen is dus beter. Houtzagerijen hebben daarvoor vaak een droogschuur. Bij de zagerij van het Landgoed Twickel, die al sinds 1771 bestaat, staat een houtdroogschuur met dichte wanden. Er zijn ook droogschuren met lattenwanden. Daarbinnen is een nog betere luchtcirculatie mogelijk. Als een boer vroeger het plan had zijn boerderij te verbouwen, uit te breiden of een nieuwe te bouwen, zorgde hij er vaak voor dat hij al een voorraadje timmerhout klaar had liggen. Beschut onder een afdak of in een schuur lag het te drogen, met latjes ertussen, zodat de wind vrij spel had.

Bron

  • 'Houtdroogschuren', Landleven 8e jaargang, nummer 1- januari/februari 2003

Verder lezen