Wieringer boerderij

Uit Agriwiki
Wieringer boerderij
Boerderij in Wieringen

Boerderijtype dat aan het begin van de 17e eeuw op het Noord-Hollandse eiland Wieringen ontstond.

De zogenoemde Wieringer boerderij behoort tot de Noordelijke huisgroep en is nauw verwant aan de Noord Hollandse stolpboerderij. De boerderij bevatte woonruimte, hooi- en wagenberging, een koeienstal, een schapenstal én een darsruimte.

Karakteristiek voor de Wieringerboerderij is het L-vormige grondpatroon en de geteerde hoge houten schuurwand. In de schuurwand bevinden zich doorgaans drie oogstluiken en grote wagendeuren. Net als bij de stolpboerderij is de hoge voorraadschuur opgebouwd uit een vierkant. Anders dan bij de stolp, waar de woon- en bedrijfsgedeelten ook onder het piramidevormige dak liggen, bevindt het woongedeelte zich in de Wieringer boerderij juist in het uitspringende gedeelte aan de voorraadschuur. Ook de stallen kunnen zich in dit uitspringende deel bevinden.

Plaats in het landschap[bewerken | brontekst bewerken]

Boerderijen naast elkaar in Smerp

De Wieringer boerderijen stonden vrij verspreid over de hogere delen van het Wieringer land. De lange woongevel van de boerderij ligt altijd op het zuidwesten. Op deze manier hadden de boeren minder last van de harde wind op het eiland. Daarnaast stonden de boerderijen middenin het land, dus niet bij de weg, op zo'n plek dat de stal afliep en de mest gemakkelijker kon worden afgevoerd. Op sommige plekken stonden de boerderijen zelfs in een groepje. Dit was bijvoorbeeld te zien in Smerp en Noordstroe.

Plattegrond Wieringer boerderij

Gebruik[bewerken | brontekst bewerken]

Zoals hierboven genoemd bestond de Wieringer boerderij uit verschillende onderdelen die het geschikt maakte voor een gemengd boerenbedrijf. Zo was er een dorsvloer, koeienstal en grote schuurruimte aanwezig. Zo hadden Wieringse boeren vaak een aantal koeien (doorgaans niet meer dan een stuk of 6), wat kalveren, wat varkens en een paard. Ook hadden ze vaak een kudde schapen die op het land verbleef. Naast het houden van deze dieren waren de hoge gronden van het eiland geschikt voor het bedrijven van landbouw. Zo werd er op het eiland rogge, haver, aardappelen en gerst verbouwd. Graan werd op de zolder boven het voorhuis opgeslagen.

Bronnen[bewerken | brontekst bewerken]