Bouwhistorische waarde

Uit Agriwiki

De bouwhistorische waarde van een gebouw/complex wordt bepaald door het materiaalgebruik, de toegepaste bouwtechniek en de afleesbaarheid van de bouwgeschiedenis, ofwel de 'historische gelaagdheid'. Deze categorieën worden bij een waardestelling beoordeeld op zeldzaamheid en gaafheid/authenticiteit.

Gaafheid versus Gelaagdheid[bewerken | brontekst bewerken]

Oude boerderijen zijn vaak verbouwd omdat bijvoorbeeld de bedrijfsvoering veranderde. Hoe ouder een gebouw is, hoe groter de kans dat het verbouwd is; en meestal meer dan één keer. Bij elke verbouwing verdwijnt er een stukje van het oorspronkelijke ontwerp en het originele materiaal. De authenticiteit van het gebouw/complex wordt daarmee aangetast omdat het minder gaaf wordt.

Nu is niet iedere verbouwing een verminking van het gebouw. Of een verbouwing als een verminking of een positieve aanvulling wordt gezien hangt van een aantal zaken af. Is de verbouwing technisch goed uitgevoerd, oftewel is het vakmanschap of prutswerk? Is de verbouwing esthetisch fraai? Wat was er op die plek voor de verbouwing? Een voorbeeld: In een 17de-eeuwse boerderij wordt in de 18de eeuw een deel van het stalgedeelte bij de woning getrokken. In deze ruimte wordt een grote schouw aangebracht met een bakoven en een betegelde wand met tegeltableaus. Deze 18de-eeuwse verbouwing wordt dan als een verrijking van de boerderij gezien en is even waardevol als de oorspronkelijke bouwfase. Anders gezegd: de historische gelaagdheid is een meerwaarde voor dit gebouw. Deze 18de-eeuwse verbouwing vertelt veel over de ontwikkeling van het wonen en werken op de boerderij.

Echter, gaafheid is een zwaarwegende factor bij een waardestelling. Een oud gebouw dat nooit verbouwd is, heeft dus geen historische gelaagdheid. Maar ook in het verleden werd er zo vaak verbouwd dat een gaaf gebouw zeldzamer is dan een gebouw dat wel verbouwd is. Hoe ouder het gebouw hoe zeldzamer dit is. De algemeen historische of architectuurhistorische waarde is daarmee dus hoger. De uiteindelijke afweging om tot een bouwhistorische waarde te komen, is per gebouw/complex verschillend en is een kwestie van restauratie-ethiek.


Bron[bewerken | brontekst bewerken]

De tekst is gebaseerd op:

  • Bureau Helsdingen

Links[bewerken | brontekst bewerken]