Bentheimer kleur

Uit Agriwiki
Bentheimer imitatie uit de eerste helft van de 20ste eeuw. De frijnslag is hier geïmiteerd door een gekamde glaceerlaag in een donkerder kleur. Foto: Frits van der Gronde
Op deze tekening is te zien dat het houten kozijn (links) in dezelfde kleur is geschilderd als de natuursteen. De kleurstelling van kozijnen, ramen en luiken is typisch 18de eeuws. (Detail van Kleine Vischpoort te Amsterdam, H.P. Schouten, 1796). Bron: Gemeentearchief Amsterdam.

Elke verf heeft twee belangrijke bestanddelen; het pigment en het bindmiddel. Een pigment is een poedervormige stof die kleur geeft aan de verf. Het bindmiddel zorgt ervoor dat de pigmentdeeltjes aan elkaar en aan de ondergrond hechten.

Historisch kleurgebruik[bewerken | brontekst bewerken]

Bij een goede restauratie is een op de historie gebaseerde kleurkeuze belangrijk. Om het historisch kleurgebruik te begrijpen, is kennis over de belangrijkste historische pigmenten nodig. Er zijn kleuren waarvoor één pigment gebruikt wordt, maar kleuren kunnen ook gemaakt worden met behulp van meerdere pigmenten. Een daarvan is de Bentheimer kleur. De kleur Bentheimer is afgeleid van de Bentheimer zandsteen die in Duitsland wordt gedolven. Zandsteen is een mooie geelachtig witte steen die donker verweert. Vanaf de 15de eeuw werd zandsteen in het westen van ons land regelmatig toegepast op gebouwen die status moesten hebben. In de middeleeuwen werden veel kruisvensters niet van hout gemaakt, maar onder andere van Bentheimer zandsteen. In die tijd was het gewoon om natuursteen te schilderen. Bentheimer zandsteen schilderde men in een Bentheimer kleur. In navolging daarvan schilderde men houten kozijnen vaak ook in deze kleur.

Men heeft dus bewust geprobeerd de houten kozijnen te schilderen in de kleur van de duurdere Bentheimer zandsteen. Men ging hierin soms zover, dat men de verse verflaag kamde en met wit schuurzand bestrooide, zodat het oppervlak sterk op gefrijnd zandsteen leek.

Voor de Bentheimer kleurgroep werd gele oker en wit gebruikt met af en toe een beetje zwart en rood. In de 17de eeuw verstond men onder een Bentheimer een overwegend okerachtige kleur. In de loop der eeuwen is men steeds lichtere en grijzere Bentheimer kleuren gaan toepassen. De Bentheimer die men aan het einde van de 19de eeuw gebruikte is meer een zachte, wat grijzige geel. Tegenwoordig zijn de kozijnen zo licht van kleur dat dit niet meer Bentheimer genoemd mag worden, maar eerder grauwwit, roomwit of gebroken wit.

Kleurnummers[bewerken | brontekst bewerken]

Met een bepaald pigment kan men een bepaalde kleur maken. Hoe die kleur precies uitpakt is onder andere afhankelijk van het gebruikte bindmiddel, de mengverhouding, de ondergrond en de lichtinval. Daarnaast zijn historische pigmenten vaak natuurlijke stoffen en dus nooit constant van kwaliteit en kleur. Ook zorgen verwering en vervuiling voor het veranderen van de kleuren. De genoemde kleurnummers zijn daarom slechts een indicatie!

Verder kunnen foto’s en beeldschermen onderling sterk verschillen in de weergave van een kleur (dit is goed te zien in een tv-winkel). Ook zijn kleuren in een boek of een folder onbetrouwbaar. Alleen een echte verfwaaier geeft een betrouwbare weergave van een kleur.

Tot slot komen de namen die verffabrikanten aan bepaalde kleuren geven lang niet altijd overeen met de kleuren die verkregen worden als de genoemde pigmenten in olie worden aangemaakt.

De bovenstaande kanttekeningen in acht nemend volgen hieronder toch hier enkele kleurnummers ter indicatie, omdat dit de enige betrouwbare manier is om weer te geven hoe een kleur eruitziet.

Bentheimer 1 licht (loodwit, gele oker, drupje roetzwart en Engels rood)(standolie)[bewerken | brontekst bewerken]

Kleurmonster van Bentheimer 1 op hout, gemengd in standolie. Let op: de kleuren op een beeldscherm zijn niet betrouwbaar; getoond monster is slechts ter indicatie. Foto: Frits van der Gronde

ACC code: -

NCS code: 3331 B of 3318 B

RAL code: -

Bentheimer 1 midden (loodwit, gele oker drupje roetzwart en engels rood)(standolie)[bewerken | brontekst bewerken]

ACC code: F6.15.65

NCS code: S2010-Y10R

RAL code: -

Bentheimer 2 licht (loodwit met weinig gele oker)(standolie)[bewerken | brontekst bewerken]

Kleurmonster van Bentheimer 2 op hout, gemengd in standolie. Let op: de kleuren op een beeldscherm zijn niet betrouwbaar; getoond monster is slechts ter indicatie. Foto: Frits van der Gronde

ACC code: F5.11.79 of F6.09.86

NCS code: 3312 B of 1110-Y22R

RAL code: 1015

Bentheimer 2 midden (loodwit met weinig gele oker)(standolie)[bewerken | brontekst bewerken]

ACC code: F2.21.67, F2.15.75 of F6.15.80

NCS code: 3313 B, 2320-Y17R of S1020-Y20R

RAL code: 1001

Bentheimer 2 donker (loodwit met weinig gele oker)(standolie)[bewerken | brontekst bewerken]

ACC code: E8.35.65

NCS code: 3304 B, 3301B, S2030-Y20R

RAL code: -

Verder lezen[bewerken | brontekst bewerken]

Bron[bewerken | brontekst bewerken]

Deze tekst is gebaseerd op:

  • Ineke de Visser, Kleur op boerderijen. In het groene hart van Holland (Hardinxveld-Giessendam 2006)

Deze publicatie is tot stand gekomen door eigen onderzoek en o.a. de volgende bronnen:

  • M. de Keijzer en P. Keune, Pigmenten en bindmiddelen (Amsterdam, 2001)
  • L. Simis, bewerkt door H. Janse, en J. Berghuis jr., Schilder- en Verfkunst (’s-Gravenhage, z.j.)
  • H.J. Zantkuyl, Bouwen in Amsterdam (Amsterdam, 1973-1992 p. 94-108)